In het pensioenakkoord is afgesproken dat de AOW-leeftijd minder snel stijgt. Tot en met volgend jaar blijft de AOW-leeftijd 66 jaar en 4 maanden. Daarna gaat de AOW-leeftijd in stappen omhoog.
- In 2022 is de AOW-leeftijd 66 jaar en 7 maanden
- In 2023 is de AOW-leeftijd 66 jaar en 10 maanden.
- In 2024 en 2025 is de AOW-leeftijd 67 jaar.
Na 2025 gaat de verhoging van de AOW-leeftijd door, maar minder snel, zo is in het pensioenakkoord afgesproken.
Langer doorwerken?
Dat betekent niet automatisch dat je langer moet doorwerken. AOW is slechts één van de drie onderdelen waaruit jouw inkomen na je pensioneren is opgebouwd. Als jij zorgt dat je in de andere ‘potjes’ genoeg geld hebt zitten, dan kun je misschien al met pensioen voordat je de AOW gerechtigde leeftijd hebt bereikt.
Wat zijn die andere potjes dan?
Naast de AOW bestaat je inkomen op je oude dag uit het aanvullend ouderdomspensioen en opgebouwd eigen vermogen. Het ouderdomspensioen bouw je automatisch op als jij voor een werkgever werkt met een pensioenregeling. Eigen vermogen is het geld dat je zelf hebt gespaard.
En als ik eerder met pensioen wil?
Als je van plan bent om door te werken totdat je AOW krijgt, check dan of ook je ouderdomspensioen op die datum ingaat. Mocht je al met pensioen willen voordat je AOW ontvangt, blik dan eens vooruit op je eigen situatie. Kun je de jaren totdat je AOW krijgt met jouw ouderdomspensioen en eigen vermogen overbruggen?
Je totale te verwachten pensioen kun je heel makkelijk checken op
mijnpensioenoverzicht.nl.
Let op bij tijdelijk partnerpensioen en arbeidsongeschiktheidspensioen
Ontvang je een tijdelijk partnerpensioen of arbeidsongeschiktheidspensioen? Dan keren wij deze tot uiterlijk de AOW-leeftijd uit. Ook de (premievrije) pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid loopt uiterlijk door tot de AOW-leeftijd. Een lagere AOW-leeftijd heeft dus automatisch als gevolg dat het tijdelijk partnerpensioen en het arbeidsongeschiktheidspensioen eerder stoppen.